Verslagen

Hollanders onder elkaar: Holland Loves Muslims

By Thursday 10 April 2008 No Comments

Rustig, in een mystieke sfeer bijna, eindigde de slotbijeenkomst van de actie Holland Loves Muslims op woensdagavond 26 maart 2008 in Amsterdam. Het was de muziek van oedspeler Karim Eharruyen die de mijmerende eindstemming bepaalde, maar daarmee ook de voorliggende avond effectief karakteriseerde.

Een van zijn twee begeleiders, die hem met bescheiden roffelwerk ondersteunden, maakte bij het begin van het slotoptreden een klein grapje. Deze avond had met Karim te maken, die was tenslotte moslim. ‘Met ons heeft dit hier niets maken, wij zijn hindoes.’ En dan, na een subtiele stilte: ‘Nou ja, wij zijn ook Hollanders.’

Daar ging het om deze avond: hier waren Hollanders van allerlei snit bij elkaar. In dat woord zou men uiteraard een zeker cultureel imperialisme kunnen zien: immers slechts twee van de twaalf Nederlandse provincies zijn Hollands, maar in de laatste eeuwen zijn de onderlinge grenzen zo weggevallen dat andere Nederlanders, ook als ze Brabanders, Drentenaren of Utrechtenaren, zijn, zich echt niet beledigd voelen als ze als Hollanders worden aangeduid. Op die manier vielen ook op deze avonden grenzen weg.

Kunst

Muziek en kunst waren daarbij belangrijke middelen. Aan het begin van de avond overbrugde de regisseur Karim Traida met een gedicht over verlangen de afstand tussen ik en jij, de ander.

En Carel Alphenaar en Mike van Wetten voerden zelfs een toneelstukje – die uitdrukking is hier gepast – op over de oed waarmee de avond eindigde. Dit instrument werd immers in Europa overgenomen als de luit – van ‘al-oed’ – en dit renaissancistische instrument leidde uiteindelijk tot de tegenwoordig overheersende gitaar. De twee kunstenaars verhaalden over de legendarische Ziryab die in de negende eeuw van Bagdad naar Cordoba trok en daar bekend als de Zwarte Merel niet alleen de muziek hervormde, maar ook het hele hof- en stadsleven en zo de cultuur op een hoger plan bracht. Een deel uit een langer theaterstuk voerden ze op, lezend van het papier, maar ook soms met actuele terzijdes grappig commentaar gevend bij de tekst: het toneelstuk werd zo zelf ook weer een toneelstuk – in het kwadraat.

Ook de zangeres Neenah liet met een viertal liederen wonderschoon van zich horen. Ze eindigde met een anasjied, een gezongen islamitisch gebedslied.

Woorden

Tussen deze optredens gaven enkele mensen een ‘statement’ af. Saamhorigheid vormde daarbij het verbindende thema, saamhorigheid tussen Nederlanders, die hier dan zowel islamitisch als niet-islamitisch konden zijn.

Rachida Azough, de directeur van Kosmopolis beet het spits af. Ze memoreerde hoe de tijdgeest er kennelijk een is van harde woorden. Alles moet gezegd kunnen worden immers, ook over de islam. Tegenover de geest van superioriteit die zich aldus vaak vertoont, wilde ze bewust naïef en ‘soft’ zijn en juist zo, in die toon, weer het recht van spreken opeisen. ‘Wij zijn de nieuwe tijdgeest’, besloot ze.

Mariwan Kanie, politicoloog en werkzaam aan de Universiteit, merkte in zijn toespraakje op dat saamhorigheid kunstenaars vraagt. De obsessie met integratie is een neurotische bezorgdheid geworden. Toen hij vijftien jaar geleden als asielzoeker in Luttelgeest woonde, leefden de mensen dichter bij elkaar dan nu vaak het geval is. Aanvankelijk werd hij als Koerd gezien, nu als moslim. Maar nooit gaat het dan zijn islam. Het gaat over de God van Bin Laden en van Mohammed B., maar nooit eens over de God van zijn moeder. En juist die achtergrond wil hij als niet-religieuze, culturele moslim niet beledigen, maar juist in ere houden. Nederland is een land dat zich van de wereld heeft afgekeerd. Om saamhorigheid te hervinden heeft het kunstenaars nodig.

Nurnaz Deniz begon met een herinnering aan een bruiloft in Anatolië in de jaren zeventig: hoe toen een kruis als voorwerp als een vreemd, heidens object werd gezien, hoe ze het kruis in heel andere contexten bij het leren van de taal daarna in Nederland weer was tegengekomen. Zij wilde het niet alleen over saamhorigheid hebben. Het gaat ook om het accepteren van verschillen, betoogde zij, en ook om de vrijheid, juist ook voor migranten, van de ene groep naar de andere over te gaan.

Actie

Tussendoor nam presentator Frank Siddiqui de initiatiefnemers korte interviews af. De actie met de website en het inzamelen van handtekeningen – en de t-shirts – was spontaan bedacht op een woensdagse maaltijd bij Kamran Ashtary thuis, vertelden Farhad Golyardi en Shervin Nekuee. Na tien jaar werken en praten en discussiëren over diversiteit, legde Farhad uit, leek ineens alles in dit land zwart-wit geworden te zijn. Maar juist omdat ze vluchtelingen geweest waren, wilden ze niet opgeven. Een grote groep is in dit debat niet vertegenwoordigd. Wij geven het niet op.

Shervin legde uit dat de vraag wel eens werd opgeworpen waarom Hollanders van moslims zouden moeten houden, maar iedereen die even wacht ziet na een seconde of twee de omkering: Muslims Love Holland. Opzettelijk was er juist gekozen voor het woord ‘liefde’ en niet voor iets nietszeggends als respect. De keuze voor ‘liefde’ was zacht en verrassend tegelijk.

Dat bleek ook uit de reacties: naast de bijna vijfduizend ondertekeningen op de site kwamen er ook honderden hatemails – met dank aan geenstijl die in ieder geval fantastisch aandacht aan de actie besteedde. Kamran Ashtary en Tori Egherman die de website hadden opgezet, en zelf afkomstig uit Irak en de Verenigde Staten, viel het op hoe abominabel het Nederlands in de hatemails was.

Een rustig land

In zijn statement sprak Umar Mirza van de bekende website wijblijvenhier.nl over zijn ontmoeting met een Pakistaanse cameraploeg bij de demonstratie de zaterdag tevoren van Nederland bekent kleur op de Dam. Waarom waren er zo weinig moslims?, wilden de Pakistaanse journalisten weten. Hij had even na moeten denken, maar toen wist hij het antwoord: het ging niet om tegenstellingen, niet om moslims tegen Wilders, maar juist om gedeelde principes, om waarden die culturen en religies overstijgen.

Hij vertelde hoe zijn moeder onlangs terugkeerde na een verblijf in Pakisten. Wat zijn de wegen hier rustig, merkte ze op. Ze was blijf weer thuis te zijn. Hier was het rustig.

De volgende dag verscheen het filmpje. Het bleef rustig.