Na Oslo: Europa, de islam en de normalisering van het racisme, Door Miriyam Aouragh & Richard Seymour

by Miriyam Aouragh | Wednesday 3 August 2011 1:13 pm

De  verslaggeving over de Noorse tragedie in de Europese media werd aanvankelijk gedomineerd door clichématige argumenten over “moslimextremisme” en “multiculturalisme”. Dit ging zelfs door nadat de identiteit van de moordenaar bekend was geworden, waarmee zij bijdroegen aan en uiting gaven van de normalisering van het hetzelfde verwerpelijke racisme dat Breivik heeft gevormd en dat het bloedbad mede heeft geinspireerd.

Een uur voordat Anders Breivik tientallen onschuldige mensen afslachtte, zette hij een lang manifest op internet. In deze lange, urgente, boodschap van 1500 pagina’s werden “cultureel marxisten”, “multiculturalisten”, anti-zionisten en iedereen die links denkt betiteld als “verraders”, die toestonden dat het christelijke Europa  door de moslims werd overgenomen. Vervolgens vermoordde hij een groot aantal van deze “verraders” (voor het merendeel kinderen) op een sociaal-democratisch jeugdkamp. De inspiratiebronnen van zijn manifest waren de pioniers van islamofoob rechts, onder wie Melanie Phillips, Bernard Lewis, Daniel Pipes, Martin Kramer en Bat Ye’or, die enorm profiteerden van de War on Terror en de framing die daarbij kwam kijken. In Nederland werden de messen geslepen door zelfbenoemde experts en opiniemakers als Hans Jansen, Afshin Ellian, Sylvain Ephimenco, Theodor Holman, Leon de Winter, Hirsi Ali, Frits Bolkestein, Amanda Kluveld, Nausicaa Marbe, Meindert Fennema, Geert Wilders zelf en alle moedige commentatoren die de islamofobe hetze met de alombekende frase ‘ik ben het niet helemaal met hem eens, maar hij heeft wel een punt’ legitimeren in plaats van uitdagen.

Nog voordat de aanslagen waren afgelopen, volgden de massamedia allemaal dezelfde lijn: het ging hier om jihadisten en het was bijna zeker een aanval in de stijl van Al Qaeda. Peter Beaumont van The Guardian behoorde tot de eerste journalisten die uitgingen van deze versie van de gebeurtenissen, die al snel door vrijwel alle media werd overgenomen. Glenn Greenwald beschrijft in het online-tijdschrif Salon hoe op de dag van de aanval “de kop van de online-versie van The New York Times suggereerde dat moslims verantwoordelijk waren voor de aanvallen in Oslo. Dit leidde tot definitieve verklaringen van de BBC en van anderen, dat de daders moslims waren.” In The Washington Post publiceerde Jennifer Rubin ondertussen een column die was gebaseerd op de bewering dat moslims verantwoordelijk waren: een valse claim die werd verspreid door de dubieuze deskundige Will McCant, waarin de verantwoordelijkheid voor de aanslag werd opgeëist door een onbekende groep, en die werd gebruikt om deze bewering geloofwaardig te maken.

Je zou dit alles kunnen wijten aan vooroordelen of een gebrekkig oordeelsvermogen, ware het niet dat lang nadat was gebleken dat de terrorist een blanke, christelijke Noor was, de discussie nog steeds ging over de islam en het multiculturalisme. Zo begon The Wall Street Journal zijn hoofdredactionele commentaar met drie alinea’s over de islam. The Sun, het vlaggenschip van het ernstig in opspraak geraakte Murdoch-imperium, kwam met een voorpagina waarop de aanval aanvankelijk wer beschreven als een “Al Qaeda-slachtpartij”. In een analyse in The Guardian van een dag later werden een aantal deskundigen aan het woord gelaten, waaronder dezelfde Will McCant die de valse claim het eerst in omloop had gebracht. Het moet gezegd worden dat The Guardian zowel deze analyse als het artikel van Peter Beaumont later weer weghaalde, en dat ook The Sun zijn voorpagina veranderde.

Maar zelfs toen het ‘jihad-perspectief’ was losgelaten, gingen de pogingen om de islam verdacht te maken nog door. Het Belgische dagblad De Morgen erkende weliswaar de “blanke wortels” van de dader, maar stelde tevens: “De kans is klein, maar het valt ook niet uit te sluiten dat de dader ondanks zijn blanke wortels een sympathisant is van Al Qaeda.” In het tijdschrift The Atlantic werd beweerd dat de geest van de jihad was ‘gemuteerd’ en overgeslagen naar extreem rechts, alsof het fascisme geen eigen traditie van terrorisme zou hebben. In The Guardian volgde Simon Tisdall een soortgelijke redenering toen hij stelde dat Breivik, hoewel hij in een klassiek fascistisch idioom schreef, de taal van de islamitische jihadisten had overgenomen.

Er ontstond voorts een grote angst dat de steun voor islamofobe opvattingen zou kunnen afkalven omdat de buitensporige aard van de aanvallen de aandacht wel eens zou kunnen vestigen op de gevaren van racisme. Volgens de Jerusalem Post moest dit absoluut worden vermeden, en moest de aanval een kans bieden om “het beleid op het gebied van immigratie en intergratie te heroverwegen, in Noorwegen en elders.” Ook de in brede kring gerespecteerde ‘atheïstische’ schrijver Sam Harris drong erop aan dat deze aanval ons niet blind mag maken voor het feit dat “de islam nog steeds de meest gedegenereerde en onbeschaafde religie op aarde is.” Dit is dezelfde auteur die ooit schreef: “degenen die de meest verstandige taal bezigen over de dreiging van de islam voor Europa, zijn fascisten.” De logica is helder: Breivik is verachtelijk, maar achter zijn barbarij zit een waarheid over de islam en het multiculturalisme, die de basis van het Europese beleid zou moeten zijn.

Misschien de minst overtuigende bewering over Breivik was dat hij alleen werkte – iets wat nooit zou zijn gezegd als de dader een moslim was geweest. Die zienswijze werd  in hun pogingen om Breiviks connecties met extreem rechts te bagatelliseren door de Noorse politie en de inlichtingendienst bevestigd. Het is zeer wel mogelijk dat Breivik zijn gruweldaden in zijn eentje heeft gepland en uitgevoerd, maar het is ook duidelijk dat hij in veel andere opzichten absoluut geen lone wolf is en dat hij rechtstreeks voortkomt uit een omgeving van racistische en nationalistische activisten. Hij was actief binnen de Noorse Vooruitgangspartij en had contact met de English Defence League.

EDL-lid Daryl Hobson, wiens banden met ‘Tommy Robinson’ (een pseudoniem), de leider van de English Defense League, nogal gênant zijn voor die club, heeft toegegeven dat hij Breivik heeft ontmoet, terwijl een “gerenommeerd lid” tegen The Independent vertelde dat Breivik verschillende leiders van de groep heeft ontmoet. Breivik zelf beweerde dat hij de groep adviezen heeft gegeven over hun tactiek en dat hij een sleutelrol speelde bij de oprichting van de “Norwegian Defence League”. Breivik lijkt allesbehalve een eenzame gek te zijn: hij was ingebed in de activistische netwerken van extreem rechts in Europa.

Even belangrijk is dat Breiviks racisme rechtsreeks voortkomt uit de ‘mainstream’. Zijn ideologische inspiratiebronnen zijn prominente Europese politici zoals Geert Wilders en natuurlijk een trits aan rechtse schrijvers. Dit is niet toevallig. In een rapport uit 2010 over islamofobie in Groot-Brittannië, stelden onderzoekers van de Universiteit van Exeter vast dat er een belangrijk verband bestaat tussen politieke retoriek en mediaverslaggeving over de islam enerzijds, en oplevingen van racistisch geweld tegen moslims anderzijds . In wezen staan de ideeën die Breivik ventileerde in een traditie van Europese reactie: in termen als “Londonistan” en “Eurabia” klinken echo’s door van “Jew York”, net zoals Breiviks “marxistisch-islamistische alliantie” doet denken aan Hitlers uiteenzettingen over de “bolsjewistisch-joodse dreiging”. Als gevolg van een veranderde toestand in de wereld heeft in het paranoïde wereldbeeld van sommigen aan extreemrechtse zijde de islam de plaats van het jodendom ingenomen.

het alledaagse racisme op straat toegenomen als het institutionele racisme op staatsniveau

De War on Terror leverde de legitimatie voor een periode van sterke, imperialistische revival. Plotseling was het mode onder intellectuelen (onder wie voormalige linkse critici, dus uit een tijd toen het juist mode was om ‘links’ te zijn) om de lof van het imperium te bezingen, zeker als Amerika het voortouw nam. Het negatieve tegendeel van dit zogenaamd humane rijk zou de islam zijn, de naar verluid inhumane, irrationele en barbaarse aartsvijand van het imperium. De ontmenselijking van moslims werd gevoed door de bloedvergieten aan de grenzen van Irak en Afghanistan, en het was onvermijdelijk dat iets hiervan zou doorsijpelen naar het Westen, zodat elke Europese moslim veranderde in een potentieel gevaarlijke vreemdeling. De uiterlijke kenmerken van de islam, van kleding tot architectuur, werden onderwerp van reactionaire campagnes, straatgeweld en staatsonderdrukking. Extreemrechts leerde hiervan en  profiteerde ervan: zowel de door Breivik zo gewaardeerde knokploeg de English Defence League, als en de PVV van Geert Wilders, vonden in het nieuwe imperialisme een nieuwe paradigma voor de binnenlandse reactie.

Het verband tussen islamofoob rechts en extreemrechts heeft ervoor gezorgd dat de groei van extreemrechts is vertaald naar parlementaire zetels. Niet langer vormt extreemrechts een marginaal verschijnsel; het heeft nu een reële machtspositie binnen de staat. Hierdoor is zowel het alledaagse racisme op straat toegenomen als het institutionele racisme op staatsniveau, wat zich manifesteert in een verbod op minaretten, de nikab, de hidjab en halal-slachten in respectievelijk Zwitserland, Frankrijk, België en Nederland. Daarnaast trekken extreemrechtse partijen de andere partijen verder naar rechts. Noch gematigd links, noch gematigd rechts stellen de bronnen van extreemrechts niet ter discussie. In plaats daarvan apen ze de extreemrechts in feite na. Die trend heeft flink bijgedragen aan de normalisering van de racistische ideeën die aan de basis van zulke gewelddadige uitbarstingen liggen.

De reacties van de media op Breiviks aanslagen gingen voorts vaak uit van hetzelfde ‘botsing der beschavingen’-motief dat de basis vormt van Breiviks ‘levenswerk’. De ironie hiervan is grotendeels in de stortvloed van opinies verloren gegaan. Een ander belangrijk punt, dat eveneens is ondergesneeuwd, is hoe idioot en irrelevant zulke ideeën in deze tijd van Arabische revoluties zijn. De ‘botsing der beschavingen’ lijkt verder weg dan ooit en het hoogtepunt van het zogenaamde transnationale jihadisme is voorbij. Zolang de overgrote meerderheid van de mensen in het Midden-Oosten onder de duim werd gehouden door door Amerika gesteunde despoten, had het terrorisme wel enige, hoewel zeer beperkte, aantrekkingskracht. Maar hoewel er nog steeds aanslagen voorkomen, kalft de achterliggende steun voor zulke acties met de dag af. Het is verbazingwekkend dat niemand in de eindeloze stoet deskundigen in de media wijst op het uiterst markante feit, dat moslims, na een decenniumlang te zijn aangevallen door het Westen via oorlog en racisme, nu laten zien dat ze een ruimere en humanere opvatting hebben van democratie en dat hun democratische gezindheid ook duurzamer is dan gedacht. De ‘deskundigen’ zouden er goed aan doen om eerst eens stil te staan bij dit heldendom – en bij de diabolische gruwelen in Noorwegen en de betekenis daarvan –  voordat ze vanuit een reflex de clichés van de War on Terror herhalen.

Miriyam Aouragh was tussen 2004 en 2008 betrokken bij antiracismecampagnes Samen tegen Racisme en Nederland Bekent Kleur. Ze woont nu in Oxford, waar ze aan de Universiteit van Oxford doceert en onderzoek doet naar de politieke implicaties van internet voor het Midden-Oosten. Richard Seymour is auteur van The Liberal Defence of Murder (2008), en The Meaning of David Cameron (2010). Hij is onderzoeker aan de London School of Economics.

Eerder verschenen op Jadaliyya Ezine

Source URL: https://eutopiainstitute.org/2011/08/na-oslo-europa-de-islam-en-de-normalisering-van-het-racisme-door-miriyam-aouragh-richard-seymour/